Omdat de wedstrijd in Driezum afgelopen vrijdag voor de 25e keer werd verreden, wilde Pieter de Jong, de vader van Tsjerk, graag nog een keer deelnemen. Dit was natuurlijk uniek: hij was daarmee een van de weinig deelnemers die ook aan de eerste editie meedeed. Daarom is hij geïnterviewd voor een artikel in de Leeuwarder Courant (Anne Roel van der Meer). De tekst is hieronder opgenomen.
Nooit te oud voor de paardenmarathon
Pieter de Jong is vermoedelijk fitter dan menig vijftiger of zestiger
Pieter de Jong uit Twijzelerheide (81 jaar) was gisteren de oudste deelnemer bij de paardenmarathon in Driezum en omstreken. Zoon Tsjerk (44) was zijn assistent. ,,Unyk.”
Hoe snel het ook gaat over het natte parcours van de fameuze en door duizenden toeschouwers bezochte paardenmarathon, menner Pieter de Jong wordt er deze vochtige vrijdag niet anders van. ,,Bang? Ah jonge nee.”
Kwestie van decennia lange ervaring, weten hoe en wat een paard denkt en doet. ,,Lesten, doe’t ik op de karre siet, seach ik in auto mei in oanhingweentsje. Derleiingiel kleedsje oerhinne en dat klappere wat troch de wyn. Doe ha’k it beestje even in lyts tikje jûn mei de swipe, as teken dat er net hoegde te skrikken.”
Het gebrek aan angst bij Pieter de Jong heeft zeker ook met persoonlijkheid te maken. Vroeger, toen hij als dienstplichtig militair bij de Huzaren van Boreel in Amersfoort diende, kreeg hij op een dag te maken met een paar agressievelingen.
Die wilden hem om wat voor reden dan ook een pak rammel geven. De Jong keek die kwaadwillende types eens flink boos aan, drukte met een vinger zijn neus zo plat als een dubbeltje en deelde rustig mede dat hij vroeger bokser was geweest.
,,As jim my in tik jaan wolle, moatte jim it sels mar witte…”, had hij gezegd. Meer was niet nodig om de mannen te laten afdruipen. Wisten zij veel dat De Jong zonder neusbotje was geboren. Een boksring had de bluffende ‘heidepyk’ De Jong in werkelijkheid nog nooit gezien.
,,Sa is ús heit, hy hat syn libbenlang besocht oeral wat trochhinne te skarreljen”, zegt Tsjerk de Jong. Pieter de Jong dacht en denkt altijd in oplossingen. ,,Hy is foar de duvel net bang.”
Bovendien is hij in goede conditie, vermoedelijk beter dan menig vijftiger of zestiger. ,,Ik bin ien fan in sterke stam”, zegt hij. Zijn vader werd 90 jaar. Drie tantes bereikten de leeftijd van 95, een andere tante overleed toen ze op drie maanden na 100 was.
Natuurlijk geeft dat Pieter de Jong niet de garantie dat ook hij echt stokoud wordt. Daarvoor is meer nodig. ,,Je moatte wat fit bliuwe”, weet hij. ,,Oeh hearkes ja.”
Elke ochtend trekt hij 150 keer aan een touw met gewichten. Links, rechts, links, rechts. Elke avond fietst hij steevast 20 kilometer. Op een elektrische tweewieler, maar toch. De benen bewegen. En overdag? ,,Dan sit ik achter de hynderkes.”
De oud-metselaar en voormalig hondenfokker (Dobermann) heeft zolang hij zich kan herinneren een aantal paarden en pony’s gehouden. Jongste zoon Tsjerk de Jong, nu woonachtig in Burgum, kreeg de liefde voor het edele dier met de paplepel ingegoten.
In zijn jeugdjaren deed hij aan springen en dressuur. Dat viel niet altijd even goed in het dorp. ,,In Twizelerheide fuotballest of hâldst dowen.” Paardensport was voor mietjes, zo was de gedachte.
Tsjerk de Jong trok zich er niets van aan. Later, nadat ook hij bij de Huzaren had gediend, stapte hij naar het voorbeeld van zijn vader en onder goed bedoelde ouderlijke dwang over op het mennen.
Hoe vaak zaten vader en zoon De Jong sindsdien al niet als duo op de kar. Aanvankelijk was Pieter de Jong altijd de menner en Tsjerk de groom, degene die ervoor zorgt dat de boel niet omkiepert. Later waren de rollen omgedraaid, totdat Pieter de Jong een aantal jaren geleden besloot dat het mooi was geweest en zijn zoon ging aanmoedigen.
Hoewel ze het hele land doorreisden, was er altijd maar een marathon die écht telde: die van Driezum en Wâlterswâld. Ze zagen de menwedstrijd in de loop der jaren enorm van karakter veranderen.
De hindernissen kregen een spectaculairder karakter, de publieke belangstelling bleef maar groeien, het aantal deelnemers (vrijdag 129 aanspanningen in 8 categorieën) werd steeds groter.
In 1989 deed Pieter de Jong mee aan de allereerste editie. De marathon maakte toen nog deel uit van een triatlon, met ook ringsteken en draven onder de man. De Jong won meteen, met Liesje, in de categorie enkelspan-pony’s.
Hoe mooi zou het zijn, bedacht hij zich de laatste tijd, om precies 25 jaar na die overwinning weer eens mee te doen aan het spektakel in de Dokkumer Wâlden. Zo gedacht, zo gedaan.
Uiteindelijk leggen Pieter de Jong, zoon Tsjerk en pony Price onder toeziend oog van zo’n beetje de hele familie het parcours langs elf hindernissen weliswaar niet winnend, maar wel foutloos af. De oudste deelnemer is een tevreden man.
,,It hat my poerbêst foldien, monsterachtich. Guon minsken seinen al dat ik oar jier mar wer meidwaan moat. Dat doch ik mar net. Dit wie unyk, dizze loop woe ik net misse. It is no leau ik tiid om my wat del te jaan.”